(…..) En dus wordt elke keer als uitreiking van salaris en opslag aan de orde zijn, via respectievelijk een builtje en een brief, de vertrouwelijkheid hieromtrent sterk benadrukt. Dat valt niet altijd mee in een kantoor waar de bureaus tegen elkaar aan dringen en veel medewerkers elkaar vanaf hun werkplek zowat kunnen aanraken. Daarom ontvouwt zich rond het maandelijks uitdelen van de loonbuiltjes een vast, stilzwijgend ritueel, met de personeelschef als stralend middelpunt. Hij geniet zichtbaar van dit zwaarwegende en aangename aspect van zijn job. Het tafereel vangt aan als de kassier het geld komt brengen, dat vervolgens door de personeelschef in builtjes wordt gedaan. Hij kan het vaak niet laten om een sardonisch spel te spelen, wetende dat iedereen op zo’n moment met licht verhoogde hartslag op honorering van een periode zwoegen zit te wachten. Hij staat op, pakt de builtjes en…… legt ze in de kluis. Tijd voor een sanitaire stop die aan geen enkele aandrang van de blaas is gekoppeld, doch slechts aan zijn genoegen om even met de macht te spelen. Na terugkomst steekt hij in alle rust een sigaar op en rookt die uiterst kalm op. Intussen kijkt hij terloops rond om te zien wie het hevigst zit te loeren en te vlassen op z’n hardverdiende geld. Die komt natuurlijk als laatste aan de beurt. Pas aan het einde van ‘z’n rooksel’ begeeft hij zich kalmpjes naar de kluis om vervolgens iedereen zijn welverdiende loon te geven.